Mijn bestand aan Limburgse kraagduiven is laatst aardig uitgedund. Het zijn niet de beste vliegers en een paar keer per week verdween er eentje. Als ik al een duifje terugvond, was de borst open gepikt. Waarschijnlijk een roofvogel. Het is een oude kinderdroom, om valkenier te worden. En dus kwam er tegelijk een gevoel van opwinding en een gevoel van teleurstelling. Limburgse kraagduifjes worden nog maar door een handjevol mensen gekweekt. Ik heb ze vooral omdat ik in Limburg woon en als boer ook een bijdrage wil leveren aan ons levend erfgoed. En dus heb ik de duifjes maar opgesloten om te sparen wat rest!
Enkele weken later zat ik onder de middag in de keuken te genieten van een boterham met kaas en een kop sterke koffie. Zonder koffie blijft de motor niet draaien. Plots zie ik op de een paal van ons kippenweitje iets grijs zitten. Ik ga naar het raam en zie dat het een sperwertje is. Die zat er afgelopen winter ook weleens! Hij zat iets te eten. Langs de voordeur liep ik naar buiten, stilletjes, alsof ik gelijk een echte, een bok aan het besluipen was. Fanatiek zat de grijze verschijning te plukken aan een geslagen mus. Zo fanatiek dat ik aardig kortbij kon komen, zonder dat hij het in de gaten had. Ik zag de felgele ogen en de lange smalle poten waarmee hij de mus vasthield. Alle teleurstelling en misschien ook wel kwaadheid die ik voelde bij m’n gesneuvelde duifjes ebde weg. Dit is een rover van het bos!
Plots zag ie me en weg was hij!
Het duurde ruim een week voordat ik weer iets van hem zag. Ik liep de kalverstal binnen. De stal zit eigenlijk altijd wel vol mussen en nu was het ook weer een gekwetter van jewelste. Plots schrokken de mussen. Achter me kwam de sperwer de stal binnengevlogen en maakte manoeuvres als een echte acrobaat om uiteindelijk een mus te slaan. Het duurde maar enkele seconden en weg was hij, met prooi.
De sperwer is in onze contreien meestal een standvogel. Ieder jaar bouwt hij een nieuw nest waarin het koppel een viertal eieren legt. Na 32 tot 34 dagen komen de eieren uit. Meteen na het eerste ei beginnen ze te broeden. Dat betekent dat niet alle eieren tegelijk uitkomen. Als er voldoende voedsel is, geraken alle jongen groot. Na een kleine maand vliegen de jongen. Ze worden dan wel nog 3 tot 4 weken gevoed door de ouders. Zoals bij alle dagroofvogels is het mannetje kleiner dan het vrouwtje. Het mannetje slaat meestal zangvogeltjes zoals mussen, mezen en vinken. Het vrouwtje kan door haar grootte wel prooien aan ter grote van een Turkse tortel. Het zal wel weer een dame zijn geweest die het niet met m’n gevederde hobby eens was,…
Thomas Linssen
Team Jagersliga