Eerlijk is eerlijk, ik heb iets met nijlganzen. Ik denk dat ik met deze rubriek begonnen ben om het over de nijlgans te kunnen hebben. Vroeger, het moet ondertussen ongeveer 30 jaar geleden zijn, had mijn grootvader een park van anderhalve hectare. Het was rondom afgemaakt met ‘Amerikaanse draad’ van 2 meter. Er lag een grote vijver in de weide en er huisde allerhande eenden, kippen, ganzen, zwanen en damherten. En ook de nijlgans. Heel die gepluimde boel ging in het voorjaar broeden, vaak in het klein sparrenbosje waar geen doorkomen aan was. Zo ook de nijlganzen. Als de kuikens te laat ontdekt werden om ‘gebout’ te worden begonnen ze op een gegeven moment hun eigen leven leiden. Een leven dat wijdser was dan grootvaders weide,...
Zo is het waarschijnlijk ook op andere plaatsen gegaan en heeft de nijlgans stilletjes aan ons Vlaamse land veroverd. Enkele jaren terug begon ik me steeds meer te ergeren op de steeds groeiende populatie nijlganzen in de buurt. Toen ik hier achter in het veld getuigen was van een oneerlijke strijd tussen een scholekster en een nijlgans was de maat vol. Ik schreef me in voor het jachtexamen en nu, ongeveer 2 jaar later is het zover. M’n eerste stuk als jager was een nijlgans! Anders zou ik het niet gewild hebben! Ik heb nijlganzen nooit kunnen plaatsen in het dierenrijk. Het zijn duidelijk geen eenden, maar het zijn toch ook geen ganzen. Ze hebben iets van een kip, maar toch ook weer helemaal niet. Zeker vliegend vind ik het mooie dieren, maar van kortbij lijkt het meer het lelijke eendje dat nooit een zwaan werd. Tijdens mijn voorbereidingen voor het jachtexamen werd het me duidelijk waar die onduidelijkheden vandaan komen.
De nijlgans is een halfgans en komt oorspronkelijk uit Jordanië, Israël en enkele delen ten zuiden van de Sahara. In Vlaanderen broeden ze bijna jaarrond. De eieren komen na een 28-tal dagen uit en na twee en een halve maand zijn ze vliegvlug.Ze blijven dan nog een tijdje bij hun ouders rondhangen, maar na ongeveer een jaar zijn ze zelf geslachtsrijp.
Het zijn agressieve vogels, zeker rondom de periode dat ze aan het broeden zijn. Ze nestelen zowel op de grond als in boomholtes. Ook oude nesten van reigers en roofvogels worden in gebruik genomen. Er zijn zelfs situaties bekend waarbij een paartje nijlganzen, roofvogels uit hun nest verjagen om zelf te gebruiken. Voor een mooie wildstand, waarbij vooral onze wilde eend last ondervindt van deze exoot, is het dus zaak om de nijlgans te bestrijden.
Omdat de nijlgans door de Europese unie tot de invasieve exoten gerekend wordt, moet hun verspreiding tegengegaan worden en indien mogelijk de nijlgans worden uitgeroeid binnen de Europese Unie. Om dit voor elkaar te krijgen, zijn er ook bestrijdingsmogelijkheden toegelaten die voor niet-exoten verboden zijn. Zo zijn de administratieve verplichtingen minimaal en kan de nijlgans het heel jaar, dag en nacht bestreden worden. Het terrein waarop bestreden wordt, hoeft niet te zijn ingekleurd in een jachtplan, er is geen oppervlakte eis en de bestrijding mag worden uitgevoerd door de eigenaar, de huurder of de grondgebruiker van het terrein. Als jager ben je een grondgebruiker, maar als het terrein niet in je jachtrevier ligt, dan heb je een schriftelijke toestemming nodig van de eigenaar om de bestrijding uit te voeren. Indien je over een geldig jachtverlof beschikt en je de bestrijding uitvoert tussen 1 uur voor zonsopgang en 1 uur na zonsopgang, mag je gebruik maken van alle vuurwapens die door het jachtvoorwaardenbesluit zijn toegestaan. Daar bovenop mogen gas- en luchtdrukwapens met getrokken loop en een diameter van minimaal 4.5 millimeter gebruikt worden, indien ze minstens 17 joule trefenergie hebben op 35 meter. Naast het gebruik van vuurwapens mogen akoestische hulpmiddelen, verlichting, roofvogels, netten, vallen en vangkooien worden gebruikt. Indien er netten, vallen of vangkooien gebruikt worden, moeten ze natuurlijk wel dagelijks gecontroleerd worden. De nevenvangsten moeten terug de vrijheid krijgen en de nijlganzen moeten snel en pijnloos om het leven worden gebracht. Of je kunt ze gebruiken als levende lokker! Want het is zelfs toegestaan om een levende nijlgans als lokker te gebruiken. Een aangepaste larsenkooi schijnt goed te werken. Zeker in de maanden februari tot en met juni. Ik ga in ieder geval aan slag met de bouw van zo’n larsenkooi,... Jullie horen er nog van! Willen jullie meer informatie over zo’n larsenkooi, dan kun je altijd mailen naar thomas@jllc.be.
Met weidelijke groet,
Thomas Linssen
Jagersliga